'Praten met kinderen begint al voordat er ook maar één woord is gewisseld.'

Marianne Rosenveldt (49) is huisarts en huisarts-ambassadeur kindermishandeling bij de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) en aandachtsfunctionaris huiselijk geweld/kindermishandeling binnen de eerstelijns zorggroep in het Westland.

‘De communicatie begint al voordat we ook maar één woord hebben gewisseld. Als ik een jongen of meisje ophaal uit de wachtkamer, check ik hoe hij of zij erbij zit. Hangt het kind tegen de ouders aan, oogt het ziek, keert het zich af? Non-verbale signalen vertellen niet alleen hoe een kind zich voelt, maar ook hoe de relatie met de ouder is. 

Ik leer veel van mijn eigen kinderen

In de spreekkamer begin ik altijd bij het kind. Mijn taal is losjes: "Hee Janneke, vertel eens, wat is er aan de hand?". Mijn woorden pas ik aan. Daarbij heb ik veel van mijn eigen kinderen geleerd. Ik vraag bijvoorbeeld wat ze stom vinden, of juist leuk. Als een kind gemakkelijk uit zichzelf praat, kan ik open vragen stellen. Die geven altijd meer informatie dan een eenvoudig ‘ja’ of ‘nee’. (tekst gaat verder na beeld)

Kind met pappa bij arts

ALS EEN KIND NIETS DURFT TE ZEGGEN BEN IK METEEN ALERT

Willen de ouders het overnemen, dan zeg ik dat ik het eerst van het kind wil horen. Daarna mogen zij aanvullen. Dan neem je een kind serieus en zal het meer ruimte voelen om te vertellen. Als een kind niets durft te zeggen, maar steeds naar de ouders kijkt, ben ik meteen alert. Is het kind ‘gewoon’ onder de indruk van de dokter of durft het niet goed te praten omdat de ouder erbij is? 

Als mijn ‘kindermishandeling-radar’ aan gaat, neem ik het kind mee naar de onderzoekstafel. Deze heb ik bewust achter een kast gezet, zodat de ouders even buiten beeld zijn. Zie ik uiterlijke sporen als blauwe plekken, dan vraag ik het kind hoe deze zijn ontstaan. Nu moet ik zeggen dat ik dit maar zelden tegenkom. In mijn praktijk komt emotionele verwaarlozing veel vaker voor, met signalen als buikpijn of opnieuw in de broek plassen. 

SOMS SCHRIJVEN KINDEREN LIEVER EEN BRIEF

Bij signalen van kindermishandeling of emotionele verwaarlozing vraag ik ouders weleens om even in de wachtkamer plaats te nemen. Als ik uitleg dat ik het kind alleen wil spreken omdat dat makkelijker praat, vinden zij dat eigenlijk altijd prima. Dat geldt ook voor het kind. Omdat ik het gezin vaak al langer ken, is dat niet heel bijzonder. 

Soms maak ik een nieuwe afspraak met het kind. Ik zeg er altijd bij dat het ook een brief mag schrijven over wat er aan de hand is. Dat vinden kinderen soms gemakkelijker dan het hardop vertellen. En ik druk ze op het hart dat ze altijd zelf een afspraak mogen maken. Ook als ze nog maar 10 zijn.’

anderen lazen ook

sandra en miriam

'Kindermishandeling is bijna altijd een uiting van onmacht.'

Sandra Schrama en Mirjam Matla, beiden werkzaam in het Juliana Kinderziekenhuis vertellen hoe zij handelen bij kindermishandeling en vermoedens daarvan. Lees hun verhaal

Hans Groos

'Alles staat of valt met communicatie.'

Hans Groos (64) werkte veertig jaar in de hulpverlening rondom kindermishandeling en huiselijk geweld. Lees het verhaal van Hans

Eriki van zelfde

'Blijf mens met elkaar. Alleen dan kun je kinderen helpen.'

Eric van 't Zelfde, bekend van tv-programma Dream School vertelt. Lees het verhaal van Eric