Werkt de aanpak van kindermishandeling?

Tussentijdse resultaten landelijk onderzoek

Momenteel vindt er een uniek onderzoek plaats naar kindermishandeling en geweld tussen partners in huiselijke kring. Meer dan 1.200 ouders en ruim 1.500 kinderen praten zélf over dit thema met onderzoekers. Wat kunnen we leren van de gezinnen die meedoen aan het onderzoek? Hoe kunnen gemeenten dat vertalen naar concreet beleid?

Gemiddeld één op de dertig kinderen voelt zich thuis niet veilig. De Augeo Jongerentaskforce deed onderzoek onder de kinderen zelf en daaruit blijkt dat het aantal zelfs nog hoger is. Krijgen die kinderen en gezinnen hulp? En als er hulp is, is die effectief? Stopt het geweld? Uit een eerste onderzoek in de vier grote steden (G4) bleek dat dit niet het geval is. De G4 besloot daarop tot een vervolgonderzoek door het Verwey-Jonker Instituut. Op initiatief van Augeo is dat onderzoek uitgebreid met negen Veilig Thuis regio’s. Intussen doen er meer dan honderd gemeenten aan mee. Het onderzoek loopt tot medio 2020. Zo ontstaat een beeld van de gezinnen waar huiselijk geweld plaatsvindt en wordt onderzocht of het geweld afneemt dankzij de hulp die de ouders en de kinderen krijgen. Tijdens een bijeenkomst op donderdag 7 november werden in de ochtend de tussentijdse resultaten gepresenteerd aan de deelnemende gemeenten.

Tool om zorg op maat in te kopen

Voor het middagprogramma waren ook gemeenten uitgenodigd die niet deelnemen aan het onderzoek. Op grond van de eerste bevindingen in het Landelijk onderzoek naar de aanpak van kindermishandeling en partnergeweld zijn vijf voorlopige gezinsprofielen opgesteld. Dit geeft een eerste indicatie van de verschillende patronen van geweld die er kunnen zijn in gezinnen. ‘De verwachting is dat bij elk profiel een ander soort hulpverlening hoort,’ zegt Majone Steketee professor intergenerationeel geweld in gezinnen en algemeen directeur van het Verwey-Jonker Instituut.

Bij de meldingen die bij Veilig Thuis terecht komen, gaat het vaak om gezinnen waar complexe problemen spelen of waar hevig geweld plaatsvindt. ‘Vanuit het veld horen we dat nu vaak niet de juiste hulp wordt ingezet. Daarom is er een instrument ontwikkeld waarmee gemeenten op basis van de aanmeldingen bij Veilig Thuis kunnen zien welke hulp ze moeten inkopen.’ In het onderzoek is bij 1200 gezinnen geïnventariseerd welke problemen er in het gezin zijn op het moment dat ze worden aangemeld bij Veilig Thuis. Op basis van dit landelijk, representatief beeld is een beleidstool ontwikkeld waarmee men goed inzichtelijk krijgt welke problematiek er speelt in zijn gemeente. Diverse regio’s en gemeenten gaan de tool in de praktijk testen zodat deze verder ontwikkeld kan worden. 

Adviezen voor gemeenten

Meewerken aan een veilige thuissituatie is complex. Bij de gezinnen is zelden sprake van één oorzaak, één gevolg, één gezinslid met één probleem. Vaak is grensoverschrijdende samenwerking tussen professionals uit het domein zorg en veiligheid nodig. Dat zegt ook Jan Dirk Sprokkereef (programmadirecteur Geweld hoort nergens thuis). ‘Ook bestuurlijk is het belangrijk dat de verschillende domeinen echt samenwerken. Gemeentes moeten professionals rugdekking geven. In steeds meer regio’s lukt dat gelukkig al.’

Hoe beoordeelt u of gezinnen met complexe problemen in uw gemeente goed geholpen worden? Augeo sprak met acht experts en kwam, samen met de tussentijdse resultaten van het Landelijk onderzoek, tot een aantal reflecties speciaal voor gemeenten.

Hoe nu verder?

Het Landelijk onderzoek van het Verwey-Jonker Instituut loopt tot het derde kwartaal van 2020. ‘Geweld hoort nergens thuis’ heeft besloten om dit type onderzoek voortaan structureel in alle regio’s uit te voeren. En Gemma Kobessen (bestuurder Augeo) zei toe een pilot te faciliteren om de eerste ervaringen met de tool te onderzoeken. Hiervoor heeft zich al een aantal gemeenten aangemeld.

Uit de gesprekken gedurende de hele dag tussen de aanwezige vertegenwoordigers van de verschillende verantwoordelijke partijen blijkt bereidheid om met elkaar te leren en gezamenlijk te zoeken naar betere antwoorden.  We erkennen met elkaar dat we steeds beter begrijpen waarom het vraagstuk zo complex is en wat nodig is om passende oplossingen te vinden.

Lees meer op 'Werkt de aanpak van kindermishandeling door gemeenten'.

Voor het eerst is er op grote schaal onderzoek gedaan naar de aanpak van kindermishandeling en huiselijk geweld. Zo’n 1200 ouders en 1500 kinderen in circa 100 gemeenten deden hier aan mee. Anderhalf jaar lang is er gemeten welke problemen er spelen in de gezinnen die gemeld zijn bij Veilig Thuis. Door meer inzicht te krijgen, weet je beter welke hulp effectief is en welke zorg gemeenten zouden moeten inkopen en organiseren. Met de resultaten kunnen we leren wat werkt en kunnen we samen volgende stappen nemen.

Voor het eerst is er op grote schaal onderzoek gedaan naar de aanpak van kindermishandeling en huiselijk geweld. Zo’n 1200 ouders en 1500 kinderen in circa 100 gemeenten deden hier aan mee. Anderhalf jaar lang is er gemeten welke problemen er spelen in de gezinnen die gemeld zijn bij Veilig Thuis. Door meer inzicht te krijgen, weet je beter welke hulp effectief is en welke zorg gemeenten zouden moeten inkopen en organiseren. Met de resultaten kunnen we leren wat werkt en kunnen we samen volgende stappen nemen.

Voor het eerst is er op grote schaal onderzoek gedaan naar de aanpak van kindermishandeling en huiselijk geweld. Zo’n 1200 ouders en 1500 kinderen in circa 100 gemeenten deden hier aan mee. Anderhalf jaar lang is er gemeten welke problemen er spelen in de gezinnen die gemeld zijn bij Veilig Thuis. Door meer inzicht te krijgen, weet je beter welke hulp effectief is en welke zorg gemeenten zouden moeten inkopen en organiseren. Met de resultaten kunnen we leren wat werkt en kunnen we samen volgende stappen nemen.